De zondeval
God. Ook wel de HEER. Maakt een paradijs op aarde. Plant in het midden een boom met de allerlekkerste vruchten die je je kunt voorstellen, maar die echter niet gegeten mogen worden. Schept een man en vrouw. En een slang die van alle dieren die God gemaakt had, het sluwst was. En wat denk je? Inderdaad. De slang weet de vrouw om te praten van de boom te eten, die op haar beurt wat van de vruchten deelt met de man. Hoe voorspelbaar is dit?
Maar God grijpt deze (bewust gestuurde?) gebeurtenis aan om de betrokkenen verschrikkelijk te straffen. Vooral de vrouw moet het ontgelden:
Tegen de vrouw zei hij:
‘Je zwangerschap maak ik tot een zware last,
zwoegen zul je als je baart.
Je zult je man begeren,
en hij zal over je heersen.
Je zou geneigd zijn te denken dat het hem hierom te doen is geweest (of in ieder geval de mannelijke auteur van deze tekst die over vrouwen wil heersen).
Na het uitdelen van de straffen bedenkt God dat nu de mens kennis heeft van goed en kwaad (want dat was het geheim van deze zogenaamde boom der kennis met zijn lekkere vruchten) ook de vruchten zou gaan eten van de levensboom waardoor ze onsterfelijk zouden worden. Dat mocht natuurlijk niet gebeuren. Dus moesten ze verbannen worden. Wel lijkt het volgens de tekst of het alleen de man is die verjaagd wordt:
Daarom stuurde hij de mens weg uit de tuin van Eden om de aarde te gaan bewerken, waaruit hij was genomen. En nadat hij hem had weggejaagd […]
Omdat ik tijdens de studie Algemene cultuurwetenschappen regelmatig merk dat enige bijbelkennis wel handig is, ben ik maar weer eens met dit ‘boek der boeken’ begonnen.