Ik begin eerst met een citaat over Congo op Wikipedia:
De Onafhankelijke Congostaat […] was tussen 1885 en 1908 een staat in Afrika onder het persoonlijke bewind van de Belgische koning Leopold II. Het gebied komt grotendeels overeen met de huidige Democratische Republiek Congo. […] Vanwege protest tegen de slechte behandeling van de Congolezen diende Leopold zijn koloniale staat in 1908 af te staan aan België, dat tot 1960 het bestuur zou waarnemen van Belgisch-Congo.
Lees het nog een keer rustig door en blijf even stilstaan bij de zinsnede waarin vermeld wordt waarom Leopold zijn privégebied moest afstaan. Wegens ‘de slechte behandeling van de Congolezen’.
Het artikel dat ik vandaag op de site van de Maand van de Geschiedenis las is er eentje dat doorverwijst naar de site Erfgoedfestival waar het complete artikel te lezen is. De titel luidt Alina en Johanna uit Banana en is geschreven door Rob van Oijen. We krijgen het verhaal te lezen (erg summier weliswaar) van de zusjes Alina en Johanna Klein die ergens in het jaar 1890 in Nederland bij hun opa arriveren om niet veel later doorgestuurd te worden naar een weesinrichting in Neerbosch (Nijmegen).
Ze zijn op dat moment respectievelijk zeven en elf jaar oud en afkomstig uit de kustplaats Banana in Congo. Daar woonden ze samen met hun Nederlandse vader en inlandse moeder. Na het overlijden van hun vader reizen ze af naar Nederland. Het hoe en waarom ze niet bij hun moeder of in Congo zijn gebleven is onduidelijk, zo schrijft Van Oijen.
Terug naar Wikipedia. Het jaar 1890 valt in de beginperiode van het bewind van koning Leopold II over Congo. De eerste jaren wilde het niet zo vlotten met het plan van Leopold om van zijn Congo een winstgevende onderneming te maken. Totdat de vraag naar rubber voor de autobandenindustrie plots het tij doet keren. Want rubber, daar is geen gebrek aan in Congo. Het hoefde alleen maar geoogst te worden. Laat ons even verder lezen in Wikepedia hoe dat in z’n werk ging:
Het oogsten gebeurde door het inkerven van lianen die tot hoog in de bomen groeiden. Dit gevaarlijke werk werd overgelaten aan de mannelijke inlanders, die verplicht waren een jaarlijkse hoeveelheid op te brengen bij wijze van belasting (prestation). Dorpen die de quota niet haalden, kregen te maken met de sentinels van de concessiemaatschappij. Deze gewapende privé-milities werden gerekruteerd uit de wildste stammen, waarbij kannibale gebruiken […] tot aanbeveling strekten. In de Onafhankelijke Congostaat werden gruwelijke misstanden begaan, zoals slavernij, ontvoeringen, martelingen, verkrachtingen, het platbranden van dorpen en akkers, onthoofdingen en het afhakken van handen, de meest typerende misdaad in de Congostaat. […] De Encyclopædia Britannica schat dat de plaatselijke bevolking tijdens het bestuur van Leopold II daalde van circa 20 miljoen tot 8 miljoen.
Nu weet ik natuurlijk niet of in de plaats Banana in het jaar 1890 deze gruwelen al bekend waren of plaatsvonden, maar ik begin me toch wel een beeld te vormen waarom de kindertjes Klein na het overlijden van hun vader richting Nederland verscheept werden en niet bij hun moeder of in Congo achterbleven. Wat ik dan weer onduidelijk vind is waarom de moeder in hemelsnaam niet is meegereisd.
PS. Vergeet niet op de site van Erfgoedfestival verder te lezen hoe het met de zusjes Klein is gegaan sinds hun aankomst in Nederland.
~ ~ ~
In oktober schrijf ik regelmatig een blogpost naar aanleiding van de artikelen op de site van de Maand van de Geschiedenis rond het thema van 2020: Oost/West.