Stilte.
Had hij kanker?
Nee, waarom vraag je dat?
Van kanker ga je toch dood?
Nou, dat is niet altijd het geval.
Maar hij is toch dood?
Erg genoeg wel.
En daarom moeten wij een minuut stil zijn?
Klopt.
Een hele minuut!
Ja.
Ok.
In de kleedkamer was het een grote chaos. Iedereen schreeuwde door elkaar heen, er gleed iemand uit, een ander was zijn voetbalschoenen kwijt en de coach probeerde boven alle herrie uit de tactiek van de wedstrijd te bespreken. Ik had het idee dat alleen de aanwezige (groot)ouders naar hem luisterden.
Als laatste werd verteld dat de wedstrijd met een minuut stilte zou beginnen. Om even te denken aan het clubgenootje dat onlangs was komen te overlijden. Da’s erg lang, wist de keeper van de dag te vertellen. Enkelen hadden thuis geoefend tijdens het ontbijt. Er ontstond een hevige discussie over hoe lang een minuut wel niet was en of je zolang je adem in kon houden. Dan ga je ook dood, waarschuwde de jongen die uitgegleden was en nog steeds over zijn pijnlijke elleboog zat te wrijven. De coach gaf het op en sommeerde iedereen naar buiten voor de warming up.
Als een meute dolle honden renden ze de deur uit. Al snel verloor ik ze uit het oog, maar ik hoefde slechts op het gejoel af te gaan om bij het veld uit te komen waar zij zouden gaan spelen. Ik vroeg me af of het wel zo’n verstandig idee was van een groep uitgelaten kinderen van rond de 8 jaar te verwachten dat zij een minuut stil konden zijn. Met angst en beven zag ik hoe ze zich verzamelden bij de middenstip.
Spontaan sloegen ze de armen over elkaars schouders heen alsof het zo afgesproken was. En waren een volle minuut doodstil.
Geef een reactie