In de literatuur over WO-II en Jodenvervolging had ik al zo vaak gelezen over en voorbeelden gezien van ‘Entartete Kunst’ dat ik gaandeweg nieuwsgierig werd naar de kunst die wel de goedkeuring van de Nazi’s kon wegdragen. Daarvoor kon ik nu terecht in Museum Arnhem waar de tentoonstelling Geaarde Kunst. Door de staat gekocht ’40-’45 momenteel te bezichtigen is:
Voor het eerst in de geschiedenis wordt de kunstverzameling getoond die tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Nederlandse overheid is aangekocht. Sinds de bevrijding wordt de collectie bewaard in depots, beheerd door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE). Nu, zeventig jaar later, is het tijd om de ‘geaarde kunst’, als tegenhanger van ‘Entartete (ontaarde) Kunst’, in samenhang aan het publiek te tonen.
[Tekst: brochure Geaarde kunst. Door de staat gekocht ’40-’45]
De foto’s die volgen bieden verre van een volledig beeld van deze tentoonstelling maar laten hopelijk wel zien hoe divers de verzameling is. Misschien stimuleert het om zelf een bezoek te brengen aan het museum om een en ander van nabij te kunnen aanschouwen. Voor de teksten die ik heb opgenomen tussen de foto’s heb ik dankbaar gebruik gemaakt van de informatie die Museum Arnhem op haar website en via brochures beschikbaar stelt. Hopelijk is dat geen bezwaar.
De verantwoordelijk ambtenaar voor de staatsaankopen was Eduard Gerdes. Gerdes had als kunstenaar een goede kijk op de artistieke kwaliteit van de werken en beschikte over een uitgebreid netwerk in de kunstwereld. Dit netwerk had hij opgebouwd in de diverse kunstenaarsverenigingen waarin hij ook bestuurlijk actief was. Gerdes had zich in 1933 bij de NSB aangesloten uit anticommunistische overwegingen. De Russische Revolutie had diepe sporen in zijn familie achtergelaten. Zowel zijn schoonmoeder als zijn stiefmoeder waren afkomstig uit de Sovjet Unie en waren na 1917 bannelingen. Aan de keukentafel hoorde hij over de verschrikkingen in het oosten van de Russische vluchtelingen aan wie hij onderdak bood.
Na mei 1940 kwam voor Gerdes de kans om als hoofd van het Bureau Beeldende Kunsten met staatsaankopen het nationaalsocialistische cultuurbeleid vorm te geven. Al spoedig bleek dat er geen duidelijk beleid bestond en de voorkeur en smaak van Gerdes en enkele van zijn kunstvrienden steeds sterker de aankopen bepaalden. Het uitgangspunt om zoveel mogelijk kunstenaars te ondersteunen en de fors toenemende begroting, leidde tot een versnipperde verzameling van wisselende kwaliteit. Het werd een beladen collectie, niet door de individuele werken, maar door de motieven achter de aankopen.
[Tekst: Museum Arnhem]
Tijdens de bezetting van 1940-1945 voerde de nationaalsocialistische overheid een actieve cultuurpolitiek en kocht veel kunst aan. Men had een sterke voorkeur voor (neo)realistische taferelen uit de natuur, zoals Hollandse landschappen, zee- en riviergezichten, stads- en dorpsgezichten, planten en dieren en voor stillevens, figuurstukken en (zelf-)portretten.
[Tekst: brochure Geaarde kunst. Door de Staat gekocht ’40-’45]
Westermann (1880-1971) was van 1918 tot 1945 leraar aan de Rijksacademie van Beeldende Kunsten. Zijn invloed nam toe als adviseur en vriend van Gerdes, die de ‘zoo waardevolle medewerking van Westermann bij den kultureelen opbouw hier te lande’ zeer waardeerde. Westermann werd door de Ereraad van de Kunsten na 1945 veroordeeld en tot de ‘allerzwaarste gevallen’ gerekend. Midden jaren vijftig kocht de overheid opnieuw werk van hem aan.
[Tekst: Museum Arnhem]
De ‘Engel der gerechtigheid’ werd door Van de Velde (1896-1969) in opdracht van het DVK als propagandawerk geschilderd voor 1500 gulden. Van de Velde is ook de schilder van ‘De Nieuwe Mens’, dat tijdens de oorlog op de werkkamer van Anton Mussert hing en nu in het bezit is van het Rijksmuseum. Hij speelde noch in de NSB, noch in het DVK enige rol van betekenis. Hij behoorde tot de weinige kunstenaars die na de oorlog gearresteerd werden en voor het Bijzonder Gerechtshof moesten verschijnen. Hij heeft zestien maanden vastgezeten en moest een boete van 2000 gulden betalen. De Ereraad voor de Kunsten sloot hem tien jaar uit van exposities en overheidsopdrachten. Na de oorlog was Van de Velde sociaal en professioneel geïsoleerd.
[Tekst: Museum Arnhem]
Gerdes (diensthoofd DVK) streefde naar een typisch Nederlandse collectie, geen Duitse. Grote visioenen van de Nieuwe Mens of de Nieuwe Heilstaat zijn zo goed als afwezig. Ook nadrukkelijk naar oorlog en ellende verwijzende taferelen zijn een uitzondering. De stichting van het volk vond voornamelijk plaats aan de hand van alle- daagse taferelen. De nadruk lag op klassieke genres: het portret en de menselijke figuur, het landschap met rivier- en zeegezichten en het stilleven.
[Tekst: Docentenhandleiding Museum Arnhem]
De tentoonstelling durft vragen te stellen die tot nu toe liever vermeden werden: Waarom is veel van deze in de oorlog aangekochte collectie tot nu toe uit de openbaarheid gebleven? In hoeverre zijn deze werken bedoeld als een vorm van propaganda en waarin schuilt die propaganda dan? Zijn deze kunstwerken schuldig of besmet, en kan een kunstwerk überhaupt schuldig of besmet zijn? Weerspiegelt de collectie niet gewoon de smaak van Nederland van toen en voor een breder publiek nog altijd?
[Tekst: Docentenhandleiding Museum Arnhem]
‘Entartete Kunst’ is een Duitse term die tijdens het Derde Rijk in Duitsland (1933-1945) werd gebruikt om daarmee de vermeende ontsporing van de moderne, vooral van de avant-garde kunst aan te geven. Het betekent in het Nederlands “ontaarde kunst” (of: gedegenereerde), daarbij refererend aan de door het Duitse fascistische regime wel esthetisch en moreel juist geachte “Arische” kunst. Het betrof een campagne van de NSDAP om de Duitse kunstwereld onder haar controle brengen, zodat deze voor propagandistische doeleinden van de staat kon worden ingezet.
[Tekst: Docentenhandleiding Museum Arnhem]
De meerderheid van de landschappen die het DVK verzamelde, zou je nationale landschappen kunnen noemen. We zien veel polders met molens, waterrijke landschappen met bruggen, plassen of slootjes en opvallend vaak is een rol weggelegd voor knotwilgen. Stads- en dorpsgezichten werden ook aangekocht. Zij laten niet het moderne Nederland zien, maar eerder een tijdloos beeld.
[Tekst: catalogus Museum Arnhem]
Mede door een jarenlang verblijf in het buitenland was Escher ver verwijderd van de Nederlandse kunstwereld. Hij hield zich afzijdig van de Kultuurkamer en het DVK en negeerde in 1942 een verzoek van het departement om voorlichting te geven over ruimte, vlak en compositie. Toch kocht het DVK twee werken van hem, waaronder ‘Sicilië: huis in de lava’.
[Tekst: Museum Arnhem]
Een aparte ruimte is vrijgemaakt voor scholieren die geïnspireerd door de thematiek van de tentoonstelling zelf hun invulling mochten geven aan Geaarde vs Ontaarde kunst. Zielige Hitler en Islamitisch Meisje met de Parel vond ik uitschieters.
De tentoonstelling Geaarde kunst. Door de Staat gekocht ’40-’45 is nog te zien tot en met 25 mei 2015 in Museum Arnhem waar nog veel meer moois is te bewonderen.
~ ~ ~
Geef een reactie