Kapper
Vanochtend was het weer eens tijd om een bezoekje aan de kapper te brengen. Inmiddels heb ik na vele omzwervingen en meer en minder goede ervaringen een vast adres gevonden in de binnenstad van Arnhem. Niet echt om de hoek (de Turkse kapper annex gezichtsmasseur alsook nekwervelkraker in ons buurtwinkelcentrum zou eerder voor de hand liggen, maar daar mag ik niet meer naar toe; nee, ik mag niet klagen…) maar wel betrouwbaar. Fijn is ook dat, ondanks dat ze pas om 9:00 uur opengaan, je er toch al een kwartiertje eerder naar binnen kunt. Met een kopje koffie en de krant is het dan aangenaam wachten in de wetenschap dat je binnenkort als eerste geholpen gaat worden. Aldus liep ik deze ochtend rond half negen over het plein voor de Eusebius kerk richting de kapsalon. Inmiddels was de mist wat meer opgetrokken zodat ik de kerk nu wel op de foto kreeg, iets wat me eerder vanaf de Nelson Mandela brug niet zou zijn gelukt want daar hing een stevige nevel boven de Rijn die het uitzicht op de stad geheel ontnam.
Nu zullen jullie denken wat dit alles te maken heeft met de beantwoording van de vijfde vraag in de #50books reeks. Wel, alles. Jullie moeten weten dat ik namelijk niet zo vaak in de stad kom. Ik heb daar nooit zo’n zin in. Er valt voor mij daar niet zoveel te halen. Met uitzondering van (en hier komt de link naar #50books om de hoek kijken) cd’s en boeken. Daarvoor kunnen ze me altijd naar de stad sturen. Ben ik daarom verplicht voor welke onbenullige reden dan ook weer de stad te bezoeken, dan breng ik standaard ook bezoekjes aan de plaatselijke muziek- en boekwinkels. Niet dat ik niet af en toe gebruik maak van de online besteldiensten, maar daadwerkelijk fysiek rondneuzen tussen de schappen vol muziek en literatuur is toch van een geheel andere dimensie. Eentje die wat mij betreft nog niet te vervangen is door het gescroll en geklik op de plaatjes in de digitale webshops.
Eenmaal thuis staren me vier nieuwe boektitels aan die schreeuwen om gelezen te worden. Nu! Meteen! Ik als eerste! Nee, ikke! En ik besef dat ik het mezelf weer onnodig moeilijk heb gemaakt. Gelukkig heb ik er iets op gevonden. Begin vorig jaar heb ik een goodreads account aangemaakt en heb mezelf het stramien opgelegd van een x aantal boeken per jaar (25 in 2012, 30 in 2013), waarbij ik maximaal twee boeken tegelijkertijd mag lezen (een stuks fictie en een stuks non-fictie). Bovendien moet ik ze ook daadwerkelijk helemaal uitlezen voordat ik aan een volgend boek kan beginnen. Strakke maar eenvoudige en daarom doeltreffende regeltjes die me behoeden bij elke aankoop van een nieuw boek enthousiast in deze aanwinst te duiken terwijl er nog ettelijke halfgelezen titels her en der in huis liggen te wachten. Dat overkomt me dus niet meer.
En daarom kan ik bij deze volkomen ter goeder trouw beweren dat ondanks mijn boekenkast weer enkele nieuwe exemplaren rijker is, ik toch vastberaden blijf lezen in:
- fictie: The painted bird, Jerzy Kosinski
- non-fictie: 1812: Napoleons fatale veldtocht naar Moskou, Adam Zamoyski
Jerzy Kosinski (vooral bekend door de verfilming van zijn boek Being There, met Peter Sellers in de hoofdrol) is een auteur waarmee ik lang geleden via zijn boek Cockpit in aanraking ben gekomen. Nu is hij er één van de lijst auteurs die ik geregeld blijf (her)lezen. Ik denk zo’n beetje alles van hem gelezen te hebben behalve de twee boeken die hij uitgebracht heeft onder het pseudoniem Joseph Novak. The painted bird is het verontrustende verhaal van een joodse jongen die tijdens WO-II door zijn ouders ondergebracht wordt bij een oude vrouw op het platteland ergens in Oost Europa om uit de handen van de Nazi’s te blijven. Wanneer de vrouw komt te overlijden is dit het begin van een zwerftocht van de jongen door het voornamelijk achtergebleven of achterlijke boerengebied. Zijn lotgevallen geven vooral een onaangenaam beeld van het openlijk beleden racisme en geweld tegen vreemdelingen in deze besloten gemeenschappen. Elke keer weer bij herlezing schokt het me opnieuw. Iets wat ik eigenlijk bij alle boeken van Kosinksi heb.
Het boek door Zamoyski speelt zich grotendeels in vergelijkbaar gebied af, maar dan ruim een eeuw eerder. We volgen om en om de twee hoofdrolspelers in Napoleons desastreuze mars door Oost Europa richting Moskou, namelijk Napoleon zelf en tegenover hem tsaar Alexander van Rusland. Maar bovenal krijgen we een inkijkje in de ontberingen van de twee gigantische legers die veldslagen leveren waar de zinloosheid, soms minieme terreinwinst en ontelbare slachtoffers pas weer in WO-I opnieuw herhaald worden. Wanneer je al lezende probeert te bevatten welke omvang deze operatie heeft (door Napoleon in gang gezet om definitief het machtsevenwicht in Europa vast te leggen) gaat het al snel duizelen. Iets wat duidelijk viel af te lezen op het gezicht van de acteur Joost Prinsen (aka Erik Engerd) die in het programma Verborgen Verleden op zoek ging naar zijn voorouders en daarbij stuitte op een familielid welke als soldaat mee was getrokken met Napoleon. En ook nog eens de helse terugtocht door de Russische winter wist te overleven. Joost Prinsen besluit een aantal plekken van die tocht te bezoeken. Om een beeld te krijgen wat de soldaat meegemaakt moest hebben las hij tijdens de treinreis naar Polen en Wit-Rusland in het boek van Zamoyski. Herhaaldelijk zien we hem vol ongeloof de bladzijdes omslaan en opkijken met een blik die aangaf hoe groot de verschrikkingen wel niet moesten zijn waaraan het leger was blootgesteld. Aangrijpend is het fragment waar Prinsen spontaan uit de kleren gaat om dezelfde ervaring te ondergaan bij een doorwaadbare plek in een rivier waar de soldaten uit het leger van Napoleon ook doorheen zijn getrokken. Onmiddellijk door en door verkleumd na enkele passen in de stromende rivier voelt hij zich voor even verbonden met de soldaat die misschien wel tijdens deze terugtocht een joodse vrouw uit Polen mee heeft genomen naar Nederland. Zo wil althans het verhaal binnen zijn familie waarover hij nu eindelijk meer informatie denkt te hebben verkregen.
~ ~ ~
Mijn bijdrage voor 50books – vraag 5:
Welk boek lees je op dit moment?
Geef een reactie